Nederlandse wijn van buitenlandse druiven, hoe zit dat?
Er blijkt nogal wat onduidelijkheid te bestaan bij wijnbouwers/wijnmakers, maar ook bij anderen, over de verplichte aanduiding van de herkomst op het wijnetiket. Volgende (en misschien ook andere) beweringen doen de ronde:
- Het volstaat dat de druiven tot wijn gemaakt worden in Nederland of
- Het volstaat dat 85% van de druiven afkomstig zijn uit Nederland om als herkomst Nederland op te geven.
Dit klopt niet!
De Europese regels zijn duidelijk: de aanduiding “Nederlands product”, “geproduceerd in Nederland” of “Nederlandse wijn” geldt enkel voor wijn die in Nederland gemaakt is met druiven die in Nederland geoogst zijn.°
Voor wijn die in Nederland gemaakt wordt met buitenlandse druiven schrijft Europa de volgende formulering voor om de herkomst aan te duiden: “wijn uit de Europese Unie” of “wijn verkregen in Nederland uit in … geoogste druiven” en de naam van de lidstaat waar de druiven geoogst werden.
Dit is de regel die geldt in geval van stille wijn. Hierop geldt geen enkele uitzondering.
De 85 % regel, die geldt ingeval van de aanduiding van het wijnoogstjaar of druivenras, waarbij het volstaat dat 85 % afkomstig is uit het vermelde oogstjaar of van het vermelde druivenras°°, geldt dus niet voor de aanduiding van de herkomst. Een mengsel van 85 % Nederlandse en 15 % vreemde druiven kan dus nooit Nederlandse wijn worden.
Voor mousserende wijn geldt dezelfde regel maar Europa biedt voor deze categorie een alternatief wanneer de tweede gisting plaatsvindt in een andere lidstaat dan die waar de druiven geoogst en tot wijn gemaakt werden. In dit geval kan ook als herkomst het land opgegeven worden waar de tweede gisting plaatsvond. De herkomst van In Nederland ingevoerde wijn die hier mousserend gemaakt wordt, kan dus eveneens Nederlands zijn.
Sinds april 2020 legt Europa in dit laatste geval echter volgende bijkomende etiketteringsvereiste op, die overigens geldt voor alle voorverpakte voedingsmiddelen: omdat het land van herkomst vermeld wordt en dit niet overeenkomt met de herkomst van het primair ingrediënt, namelijk de druiven, moet ook de herkomst van dit primair ingrediënt opgegeven worden of moet vermeld worden dat de herkomst van de druiven niet Nederlands is.°°°
Dit moet trouwens gebeuren in hetzelfde gezichtsveld als de vermelding van de Nederlandse oorsprong en in een lettergrootte die minstens ¾ bedraagt van de oorsprongsaanduiding.
° Artikel 45 van de Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/33 van de Commissie van 17 oktober 2018 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft aanvragen tot bescherming van oorsprongsbenamingen, geografische aanduidingen en traditionele aanduidingen in de wijnsector, de bezwaarprocedure, gebruiksbeperkingen, wijzigingen van productdossiers, de annulering van bescherming en de etikettering en presentatie
°° Artikel 49 en 50 van bovengenoemde verordening 2019/33
°°° Uitvoeringsverordening (EU) 2018/775 van 28 mei 2018 tot vaststelling van voorschriften voor de toepassing van artikel 26, lid 3, van Verordening (EU) nr. 1169/2011 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de verstrekking van voedselinformatie aan consumenten, wat betreft de voorschriften voor de vermelding van het land van oorsprong of de plaats van herkomst van het primaire ingrediënt van een levensmiddel
- Het volstaat dat de druiven tot wijn gemaakt worden in Nederland of
- Het volstaat dat 85% van de druiven afkomstig zijn uit Nederland om als herkomst Nederland op te geven.
Dit klopt niet!
De Europese regels zijn duidelijk: de aanduiding “Nederlands product”, “geproduceerd in Nederland” of “Nederlandse wijn” geldt enkel voor wijn die in Nederland gemaakt is met druiven die in Nederland geoogst zijn.°
Voor wijn die in Nederland gemaakt wordt met buitenlandse druiven schrijft Europa de volgende formulering voor om de herkomst aan te duiden: “wijn uit de Europese Unie” of “wijn verkregen in Nederland uit in … geoogste druiven” en de naam van de lidstaat waar de druiven geoogst werden.
Dit is de regel die geldt in geval van stille wijn. Hierop geldt geen enkele uitzondering.
De 85 % regel, die geldt ingeval van de aanduiding van het wijnoogstjaar of druivenras, waarbij het volstaat dat 85 % afkomstig is uit het vermelde oogstjaar of van het vermelde druivenras°°, geldt dus niet voor de aanduiding van de herkomst. Een mengsel van 85 % Nederlandse en 15 % vreemde druiven kan dus nooit Nederlandse wijn worden.
Voor mousserende wijn geldt dezelfde regel maar Europa biedt voor deze categorie een alternatief wanneer de tweede gisting plaatsvindt in een andere lidstaat dan die waar de druiven geoogst en tot wijn gemaakt werden. In dit geval kan ook als herkomst het land opgegeven worden waar de tweede gisting plaatsvond. De herkomst van In Nederland ingevoerde wijn die hier mousserend gemaakt wordt, kan dus eveneens Nederlands zijn.
Sinds april 2020 legt Europa in dit laatste geval echter volgende bijkomende etiketteringsvereiste op, die overigens geldt voor alle voorverpakte voedingsmiddelen: omdat het land van herkomst vermeld wordt en dit niet overeenkomt met de herkomst van het primair ingrediënt, namelijk de druiven, moet ook de herkomst van dit primair ingrediënt opgegeven worden of moet vermeld worden dat de herkomst van de druiven niet Nederlands is.°°°
Dit moet trouwens gebeuren in hetzelfde gezichtsveld als de vermelding van de Nederlandse oorsprong en in een lettergrootte die minstens ¾ bedraagt van de oorsprongsaanduiding.
° Artikel 45 van de Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/33 van de Commissie van 17 oktober 2018 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft aanvragen tot bescherming van oorsprongsbenamingen, geografische aanduidingen en traditionele aanduidingen in de wijnsector, de bezwaarprocedure, gebruiksbeperkingen, wijzigingen van productdossiers, de annulering van bescherming en de etikettering en presentatie
°° Artikel 49 en 50 van bovengenoemde verordening 2019/33
°°° Uitvoeringsverordening (EU) 2018/775 van 28 mei 2018 tot vaststelling van voorschriften voor de toepassing van artikel 26, lid 3, van Verordening (EU) nr. 1169/2011 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de verstrekking van voedselinformatie aan consumenten, wat betreft de voorschriften voor de vermelding van het land van oorsprong of de plaats van herkomst van het primaire ingrediënt van een levensmiddel